Handig om zelf te meten (diabetes)

Het is goed om zelf te meten of uw gezondheid voor- of achteruit gaat.

Door zelf te meten (thuis) krijgt u meer inzicht in uw bloedsuiker, bloeddruk en hartslag. Het is interessant om na te gaan wanneer de getallen bij u hoger of lager zijn. Wat kunt u daarvan leren?

Ook hoeft u minder naar de praktijk te komen als u zelf meet. En als u deze getallen doorgeeft aan uw zorgverlener.

Betrouwbaar meten

Het is belangrijk dat u op een betrouwbare manier uw bloedsuiker, bloeddruk en hartslag meet.

1. Bloedsuiker meten

U kunt zelf uw bloedsuiker meten met een vingerprikje of een sensor. Bespreek met uw zorgverlener wat voor u het handigst is. Bij een vingerprikje gebruikt u een prikpen, een teststrip en een bloedsuikermeter. Op het schermpje van de bloedsuikermeter verschijnt een getal. Dit is uw bloedsuikergetal in mmol/l.

Voorbeelden van mogelijke hulpmiddelen bij diabetes

2. Bloeddruk meten

Bloeddruk meten is heel eenvoudig. We vragen u om uw bloeddruk 7 dagen achter elkaar te meten. In de ochtend 2 keer en in de avond 2 keer.

3. Hartslag meten

De Hartstichting geeft goed uitleg over het meten van uw hartslag. Hier heeft u verder geen apparaat voor nodig. 

Geef uw metingen door

Met de praktijkondersteuner bespreekt u:

  • Hoe vaak u meet
  • Welke meetgetallen normaal zijn
  • Wanneer u uw metingen doorgeeft
  • Hoe u contact opneemt

De afspraken met uw praktijkondersteuner vindt u in uw online dossier in de ‘patiënten app’ van uw huisarts. Soms is het ook mogelijk om via de 'patiënten app' glucose metingen en bloeddrukwaardes te delen met uw zorgverlener. Daarnaast wordt regelmatig gebruikgemaakt van deze formulieren:

U kunt het formulier naar uw zorgverlener sturen met een bericht in de ‘patiënten app’. Of u geeft het af bij de praktijk. Of neemt het mee naar uw zorgverlener bij uw volgende afspraak.

Spreek goed af met uw zorgverlener hoe u het beste uw metingen deelt.

Kijk of wat u meet goed, te hoog of te laag is